Achter de schermen ben ik zo druk bezig om alles te regelen en in te richten voor dit fantastische initiatief, dat ik nog niet aan een blogje was toegekomen. Een jaar geleden stelde ik voor in de kleurrijke schrijfgroep van Jolanda Pikkaart om de krachten te bundelen. Ik zag in die groep zoveel mooie boeken ontstaan dat ik het aanbod deed om de boeken te laten verschijnen bij Droomvallei Uitgeverij, mijn uitgeverij. Niet zomaar, alleen als de auteurs een tandje bij wilde schakelen om hun boeken NOG beter te maken: het inschakelen van een schrijfcoach, zelf een grondige redactieronde uit laten voeren door een professional en hard mee willen werken aan de marketing.
Op 10 april worden de eerste boeken gepresenteerd. Met Jolanda ben ik aan het brainstormen over de invulling van de dag. Komen we met de schrijvers bij elkaar? Kunnen we gasten uitnodigen? Wie wordt de gastspreker? Hoe gaan we zorgen dat iedereen zo goed mogelijk bij dit mooie feestje betrokken raakt? Ik heb er het volste vertrouwen in dat het gaat lukken. Met de kleurrijke schrijvers komen we eens per maand bij elkaar, allemaal online, en dat is hartstikke waardevol en fijn, dus ook voor ons kleurrijke boekengala gaat het vast lukken!
Mijn boek bij de kleurrijke schrijvers
Zelf schrijf ik ook ‘wel eens’ een boekje. Zo is mijn vijfde (nogal spannende) roman Carrousel een paar weken geleden verschenen. Er staan vele kinderboeken op mijn naam en tijdens het kleurrijk boekengala presenteer ik, hoop ik, een prachtig kinderboek over vier dieren die naar Londen gaan. Op dit moment is dat niet al te makkelijk en ook zij ondervinden diverse problemen. Ik schreef het verhaal. Soms maak ik zelf de illustraties, maar dit keer doet Ewald het voor mij. Ik hoop dat het hem lukt om de tekeningen af te krijgen, want hij maakt er zo iets moois van! Spannend dus. Ik houd jullie op de hoogte!
Wat maakt iemand kleurrijke schrijver?
Samen schrijven, promoten en publiceren…
Een boek schrijven doe je alleen. Natuurlijk help ik mijn klanten daarbij tijdens schrijfcoaching, maar met meer schrijvers, leer je ook van elkaar.
Het begon allemaal met de geboorte van dé kleurrijke schrijfgroep. We kwamen 10 keer per jaar bij elkaar in Baarn, schreven ongestoord in de ochtend en ’s middags gaf ik een workshop over het schrijven, promoten of publiceren van een boek. Er ontstond verbinding.
Dit jaar kwamen we bij elkaar in Soest, tot halverwege maart. Het was even omschakelen, maar nu spreken we elkaar online. Zowel tijdens de schrijfwebinars als de schrijfdagen en natuurlijk in de besloten facebookgroep.
Een van de deelnemers van dé kleurrijke schrijfgroep is Esther van der Ham, auteur, illustrator en eigenaar van Droomvallei uitgeverij. Eind 2019 riep ze tijdens een van de bijeenkomsten : ‘Wat als ik jullie boeken nu ga uitgeven?’ Een deel van dé kleurrijke schrijfgroep sloot zich daarbij aan bij dé kleurrijke schrijvers.
Je boek publiceren gaat natuurlijk niet zomaar. We gaan voor kwaliteit.
Dé auteurs kiezen voor begeleiding van hun boek van een (dé kleurrijke) schrijfcoach of redacteur. Het non-fictie of fictieboek past bij de portfolio van de uitgeverij. Daarnaast doen we het samen. We bloggen allemaal en promoten elkaars boeken. Samen zijn we sterker.
Ben jij misschien ook een kleurrijke schrijver? Sluit je dan aan bij dé kleurrijke schrijfgroep.
Op 10 april en 9 oktober 2021 publiceren we onze boeken. Zet het vast in je agenda.
Wie droomt daar nou niet van: sneeuw in december, het liefst met kerst. Veel mensen hebben deen beeld van een winterwonderlandschap met een dik pak sneeuw. Een witte wereld op een ansichtkaart waar je uren naar kunt kijken of dat je als poster aan de muur wilt hebben. Een foto zegt meer dan duizend woorden, luidt het gezegde. Ja, denk ik, een foto kan inderdaad schitterend of perfect zijn. En nee, denk ik ook, want een foto voel je niet. Dat was bijvoorbeeld het geval bij het maken van deze plaatjes.
Het verhaal bij de foto’s is deze. Ik moest op een zondagmiddag in de binnenstad zijn en er werd die dag natte sneeuw voorspeld. Het was bovendien een koude dag en daarom besloot ik om met de bus te gaan, anders zou ik zo nat aankomen bij mijn afspraak. Toen ik aankwam en door het centrum liep was het stil op straat en ik liep in mijn eentje over een singel. Mijn paraplu moest ik schuin voor me houden om de vlokken te weren en toch spatten de natte sneeuwvlokken op mijn gezicht. Tussen de vlokjes door had ik wel oog voor een perfect plaatje van een besneeuwde binnenstad. Daar, precies op die plek, zag ik de toren het mooist boven de bomen uitsteken. Ondanks de sneeuw koos ik de beste hoek om de toren, de straat en de besneeuwde bomen als een fraai geheel vast te leggen. Dat viel nog niet mee, want ik moest mijn handschoenen uitdoen, mijn mobiel uit de tas vissen en foto’s maken terwijl ik mijn paraplu onder mijn arm klemde. De foto was al snel gemaakt en ook nog eentje vanuit een ander standpunt. Daarna ging mijn mobiel terug in mijn tas en ik liep weer door, maar ik was wel nat geworden.
Een eindje verderop, bij de brug, moest ik gewoon opnieuw stoppen, want hier kon ik een waanzinnige foto maken van een oude stadspoort. Was het misschien vanuit die andere hoek net beter? Nee, toch terug, die eerste plek was het beste. Dat ging een mooie foto worden. Tenminste, dat dacht ik, maar op het moment dat ik de foto wilde maken was de batterij van mijn telefoon leeg. Wat baalde ik dat ik die perfecte foto niet kon maken. Het licht was nog wel zo goed en wanneer zou het ooit weer zo sneeuwen? Ik was enorm teleurgesteld en ook nog natter en kouder geworden.
Elke keer als ik naar deze foto kijk voel ik weer de kou die door mijn jas drong, de natte sneeuwvlokken die op mijn gezicht en haren dwarrelden en mijn verkleumde handen en voeten. De foto lijkt een sereen beeld weer te geven en ziet eruit als een ansichtkaart, maar het verhaal dat erbij hoort is van een heel ander kaliber. Een foto met een verhaal dus. Als schrijver vertel ik daarom graag een verhaal.
Blog door Elly Vos, één van de kleurrijke schrijvers. Haar boek verschijnt in oktober 2021 bij Droomvallei Uitgeverij.
Het is telkens weer iets om naar uit te kijken; een vrije dag. Afgelopen week had ik zelfs een hele week vakantie. De motivatie om de eerste versie van mijn eerste mini-thriller vast te leggen was groot. Mijn vriend vertrok naar zijn werk, er was dus genoeg tijd om te schrijven. Elke ochtend maakte ik voor mezelf een planning. Ik wilde natuurgebieden bezoeken, achterstallige klusjes afwerken, een kerstdorp bouwen. Mijn verhaal groeide, in mijn hoofd, niet op papier.
Het was inmiddels donderdag, mijn plannen dreigden volledig in de soep te lopen. Nukkig stapte ik mijn bed uit. Ja, de ramen waren gezeemd, de gordijnen roken weer heerlijk fris, ze hielpen me alleen niet om mijn deadline te halen. Mijn laptop had ik al een paar keer van de oplader gehaald, zonder er echt wat mee te doen. Het maakte me moedeloos. Het lukte me gewoon niet om de draad op te pakken, mijn personages tot leven te brengen, een nieuwe wereld voor hen te creëren.
Tomaten
Het uurtje in de sportschool was heerlijk. Ik had me flink uitgeleefd, mijn frustraties eruit gegooid.
Tijdens de korte wandeling naar huis gleden mijn gedachten terug naar mijn manuscript. Hoe kon ik er nou voor zorgen dat ik aan het werk ging, zonder afleiding, met de juiste focus?
Het antwoord kwam onverwachts, toen de warme douchestralen mijn plakkerige lijf schoon spoelden. Een jaar geleden heb ik dit systeem ook gebruikt, op het moment dat de psychologische roman “Met mij is toch niks mis” vastliep.
Binnen een half uur zat ik in mijn schrijf-hoek, met voldoende drinken, de telefoon naast me. Ik zocht het document op waar ik mee bezig was, sloot internet af, de pomodoro-app ging aan. Vijfentwintig minuten typte ik onafgebroken, schrok zelfs van het geluid van de timer. De pauze leek zinloos. Ik zat in het verhaal, wilde niet stoppen, toch was het goed. Wat beweging, een paar slokken water, een korte blik op Facebook, daarna weer geconcentreerd aan de slag.
Pomodoro-techniek
Wie bij Google gaat zoeken naar de betekenis van de Pomodoro-techniek, ziet meteen het woord Timemanagment staan. Het zijn juist die kleine pauzes die je productiever maken. Je brein is namelijk niet in staat om voortdurend actief te zijn.
Deze methode is eind jaren tachtig bedacht door Francesco Cirillo. Hij was snel afgeleid, stelde taken uit, wilde meer focus. Daarom experimenteerde hij met blokken van werken en rust. Hij gebruikte daar een kookwekker voor (toevallig in de vorm van een tomaat). Zodra zijn werknemers dat rode ding op zijn bureau zagen staan, begrepen ze dat ze hem op dat moment niet mochten storen. Ideaal toch.
De praktijk
Het was een genot om te zien hoe die ene pagina na de eerste dag was gegroeid tot vier pagina’s.
De dagen erna deed ik precies hetzelfde. Zaterdag, aan het einde van de middag, sloeg ik het document voor de laatste keer op. De eerste versie was klaar, ik had mijn deadline gehaald.
Natuurlijk was er nog genoeg afleiding. De wasmachine piepte om te laten weten dat hij klaar was, mijn buik knorde veel vroeger dan verwacht, talloze keren bedacht ik dingen die ik het liefst meteen wilde doen, om te voorkomen dat ik het vergat. Het schijnt erbij te horen, zeker als je geconcentreerd bezig bent. Het gaf niks. Ik zuchte meestal een keer, zocht dan een lege plek in het document en maakte daar een notitie.
Ook één van de katten trok zich ook weinig aan van mijn voornemen om mezelf niet te laten storen. Een paar keer per dag zag ik haar in mijn ooghoek steeds dichterbij komen, aarzelend naast me staan, voorzichtig een poot op mijn buik zetten en haar kopje tegen mijn kin duwen. Luid spinnend kwam ze dan vlak voor mijn beeldscherm staan, het liefst bovenop het toetsenbord. Met een beetje geduld ging ze tenslotte liggen en kon ik weer verder. Ach, het gaf me meteen inspiratie voor een volgende blog. Die vind je vanaf volgende week op mijn Facebook-pagina: https://facebook.com/ellyschrijft
Marieke Simons is één van de kleurrijke schrijvers. Haar boek komt in april 2021 uit bij Droomvallei Uitgeverij.
Je eerste verliefdheid. Dat kriebelende gevoel in je buik, niet wetende of de ander het ook voelt. De opbouwende spanning tot een onhoudbaar iets en dan de bevestiging – hopelijk, in de ideale wereld. Dat is de reden waarom ik schrijf.
Als schrijver word je – althans ik wel – steeds opnieuw verliefd op je personages. Sommigen weten al vrij snel een speciaal plekje te veroveren in mijn hart. Gebaseerd op mijn fantasieën of op werkelijke personen doet er vaak niet eens toe. Ze zijn dag en nacht bij me tijdens het schrijfproces, sommigen maanden of jaren. En dan zijn er die uitzonderingen die een speciaal plekje weten te veroveren en voor altijd bij je blijven. Precies die personages waarvan je hoopt dat de lezer er net zo verliefd op wordt als jij.
Voor mij waren dat mijn allereerste personages die onderdeel werden van een groter verhaal in mijn hoofd: Aisling, Thomas en Matthew. Deze drie zaten vanaf geheim akkoord al in mijn hart en lieten mij niet los, zelfs niet toen het boek in de winkel lag en de recensies binnen stroomden. Daar moest ik wat mee.
And so the story continues… En wat een heerlijk verhaal is er wederom uitgekomen.
Alleen komt ook voor deze auteur aan alles een einde en is het nu tijd om deze twee echt los te laten en ook dit geweldige verhaal met jullie te delen.
Niet getreurd, er woont alweer iemand nieuws in mijn hoofd, maar dat is een ander verhaal voor later, zeg 2022.
Marieke Simons
www.mljsimons.nl
www.facebook.com/mljsimons/
www.instagram.com/mljsimons/?hl=nl
Mijn eerste Elfenmeisjes boek werd twee maanden voor onze jongste kleindochter geboren. Het hele idee voor het schrijven van dit boek was ontstaan door de andere drie meisjes, Lotte, Esmee en Nina. De namen van de oudste twee, Lotte en Esmee, vormen samen de naam van mijn hoofdpersoon Loesje, Nina is de andere hoofdpersoon, Nikki. Het boek is ook opgedragen aan mijn kleine meisjes met een vraagteken voor het kleintje dat nog veilig in de schoot van haar moeder groeide.
Na een klein jaar kwam het tweede deel uit en daarin komt baby Bibi voor als Bindi, het zusje van Nikki. Deel drie is mede bedacht door de oudste drie kleindochters. Zo leuk om te zien hoe zij Floortje hebben bedacht, niet alleen de naam, maar ook hoe ze eruit moest zien. Verder vonden ze dat Floortje een elfje moest worden dat kon toveren. Tijdens het schrijven heb ik regelmatig voorgelezen wat ze nu weer beleefden, die elfjes van oma. Dat schept een heel bijzondere band.
Met veel plezier heb ik op de verschillende scholen in steeds weer andere klassen voorgelezen en de geboorte van een boek laten zien door geprint papier, losse illustraties en een voorbeeld van de cover. Geweldig die snoetjes. Nu de jongste ook op school zit, heeft ze me al een paar keer gevraagd bij haar te komen voorlezen, maar helaas gooit ook hier corona roet in het eten. Maar wat in het vat zit verzuurd niet, dus zodra er een mogelijkheid is sta ik op school.
Nu is oma een heel ander boek aan het schrijven, en de geboorte van dit boek is aanstaande. De vreugde toen ik zei dat ik aan het schrijven was, jippie weer een boekje over Loesje en Nikki. Mogen wij weer een elfje bedenken? Toen moest ik zeggen dat dit boek niet voor hen was. Dat viel niet mee. Steeds als we elkaar zien vragen ze of ik nog aan het schrijven ben. Dus toen ik vertelde dat het boek klaar is, begonnen ze te juichen. Tot ik ze er aan herinnerde dat het toch echt een geen boek voor hen was. Dat vinden ze maar raar. Oma die na vier kinderboeken ineens iets anders schrijft.
Stiekem zijn ze ook heel trots op me, laatst had ik een vriendinnetje in de auto en die vroeg plompverloren: ‘Ben jij die oma die boeken schrijft?’ Waarop ik beaamde dat ik dat was.
‘Met een pen?’ Was de volgende vraag en ik moest lachen en vertelde dat het schrijven toch echt wel op de laptop gebeurde.
Mijn eerste ‘grote mensen boek’ komt er dus bijna aan en dat is zo spannend. Zo heerlijk om ook dat met mijn inmiddels niet meer zo kleine meisjes te kunnen delen. Alle vier kunnen ze heel goed tekenen, daar ben ik best wel jaloers op en dat weten ze ook. Ik heb ze gezegd dat ik een vierde deel van de Elfenmeisjes schrijf als een van hen, of misschien allemaal wel, de illustraties maken. Ik wacht rustig af, geniet van de geboorte van mijn thriller Verkeerde keuzes en misschien, heel misschien vul ik die tussentijd wel met het schrijven van nog een ‘grote mensen’ boek.
Marijke Witman – auteur Verkeerde keuzes – 10 april 2021
Het leven van een schrijver is niet groots. De meeste inspiratie haal je uit alledaagse dingen. Ten minste ik wel en daar hoef ik weinig voor te doen. Je eigen bron vol inspiratie is echt heel handig als je blog en/of boeken schrijft. Daarom geef ik je 4 tips:
Ik mijn boek Ik heb altijd schrijfinspiratie – en na het lezen van dit boek jij ook, vind je nog veel meer tips en schrijfoefeningen. Het boek verschijnt 10 april 2021.
Wat is jouw inspiratiebron? Reageer onder dit blog.
Kleurrijk
dat betekent
authentiek durven zijn
Zo is er één
Jij
Dit elfje is van Elly Kassenaar, kleurrijke schrijver
Stockholm foto Ronald Wennekes
Laatst moest ook ik eraan geloven, een coronatest. Online kon ik een afspraak maken voor diezelfde dag op een locatie in de buurt. Dat was fijn, alleen had ik nog een vraag. Hoe kom ik op de testlocatie? Ik kende het adres uit een grijs verleden, toen ik nog studeerde en er bijna dagelijks kwam. Maar jaren en vier verhuizingen later, had ik geen idee meer hoe ik daar het snelste naartoe kon fietsen. De drie mogelijke routes die Google aangaf zeiden me weinig. Ik zag het start- en eindpunt voor me, maar had geen beeld bij de straten die er tussen lagen.
Ook met schrijven verlies ik wel eens de weg. Dat kan verschillende redenen hebben. Soms heb ik het beginpunt heel helder voor ogen, maar weet ik niet hoe het moet aflopen. Dan blijf ik rondjes lopen in mijn verhaal door steeds dezelfde hoofdstukken te herschrijven. Of ik sla zijpaden in die ik al schrijvend ontdek, waardoor ik steeds verder van mijn verhaal wegloop en verdwaal. En zo schreef ik aan een thriller, die maar niet verder komt.
Om dat te voorkomen, pak ik het nu anders aan. Weer had ik een duidelijk idee voor een boek. Een roman, geen thriller, die grotendeels in Stockholm speelt. Met Jolanda Pikkaart, dé kleurrijke schrijfcoach, werkte ik de structuur uit. We bepaalden de mijlpalen en het eindpunt. Daarna ben ik begonnen met het schrijven van het laatste hoofdstuk. Door dat eindpunt neer te zetten, blijf ik op koers. Ik weet immers waar ik heen ga. Ook het vertrekpunt, de aanleiding voor de reis naar Stockholm, stond ook snel op papier. Dus nu alleen de route tussen het begin en einde nog en dan was ik klaar. Helaas was het toch wat ingewikkelder. Ik vertelde het verhaal chronologisch en dat werkte niet. De lezer werd niet direct het verhaal in gezogen.
Kortom, ik moest de route wat verleggen, een ander vertrekpunt kiezen en van daaruit het verhaal opbouwen. Op gekleurde indexkaartjes schreef ik kort alle markeringspunten in het verhaal, oranje voor de punten in Nederland en blauw voor Stockholm. Vervolgens schoof ik met de kaartjes tot ik de juiste route had gevonden, de route die voor mij goed voelt. Met deze routekaart schrijf ik nu mijn boek.
Net als de weg naar mijn boek vond ik ook de weg naar de coronatestlocatie. In mijn hoofd ging ik naar het eindpunt en liep deze terug naar mijn huis. Ineens viel het kwartje en zag ik de route zo voor me, Google Maps had ik niet meer nodig.
Oh, en de test? Negatief, het is gelukkig maar een gewone verkoudheid.
Ben je nieuwsgierig naar de route van Erika van Nederland naar Zweden? Blijf mij dan volgen op dé kleurrijke schrijvers.
Blog van Rinske Oenema, één van de kleurrijke schrijvers. Haar boek verschijnt in oktober 2021 bij Droomvallei Uitgeverij.
Blog van Titia Schut, één van de kleurrijke schrijvers. Haar boek verschijnt in april 2021 bij Droomvallei Uitgeverij.
Thuis hebben wij een kamer ingericht als werkkamer. Boekenkasten erin, twee bureaus voor mij en mijn man en voilà, een werkkamer. Maar wat blijkt nu: ik zit er nooit.
Dat komt omdat mijn man sinds dit voorjaar degene is die op die kamer aan zijn bureau zit te werken. Hij kan niet naar kantoor en is aan het thuiswerken. Om echt goed aan de slag te kunnen in die ruimte heeft hij zijn bureau voor een betere lichtinval wat meer naar het raam gedraaid. Daarom staat het bureau nu pontificaal midden in de ruimte. En hij heeft er nu twee beeldschermen op geplaatst. Elke dag heeft hij online overleggen en op zulke momenten doet hij de deur even dicht.
Natuurlijk kan ik gezellig bij mijn man gaan zitten, aan mijn eigen bureau om op mijn laptop te gaan zitten werken, maar dat doe ik niet. Ik wil hem niet storen terwijl hij hard werkt. Dus kijk ik uit naar een andere plek en dat is meestal beneden in huis. Soms ga ik aan de keukentafel zitten, maar dat is volgens de Arbo-regels niet geschikt om aan te werken. De tafel is gewoonweg te hoog waardoor ik op een kussen moet gaan zitten, omdat ik anders mijn armen te veel moet optillen en dan krijg ik last van mijn schouders. Dat is dus niet echt een ideale plek om te gaan zitten schrijven.
In 2019 ontdekte ik bij toeval een schrijfplek die helemaal aan mijn eisen voldoet. In juni van dat jaar zat ik met een groep schrijvers een aantal dagen op Ameland om daar aan een kort verhaal te schrijven. In de accommodatie was een perfecte werkplek die ik ook gewoon thuis heb. Ik plofte daar op een middag op een bank neer, zacht en met toch een stevige zit. Ik begon op een relaxte manier aan een idee te werken en vervolgens heb ik daar uren zitten typen met mijn laptop op schoot. Ik was totaal verdiept in mijn verhaal en hoorde niets om me heen. Uit de vele ramen naar buiten kijken deed ik niet, zo verdiept was ik in mijn verhaal.
Zo, op zo’n heerlijk zachte bank, voelt schrijven als ontspanning en als hobby. Daarom plof ik thuis ook vaak op de bank neer. Als mijn man en kinderen mij daar zien zitten met een laptop op schoot en een koptelefoon op mijn oren met vrolijke muziek aan, dan is dat het teken dat ik schrijf. Ze weten dan dat ik niet gestoord wil worden en dat ik in mijn eigen schrijfwereldje zit. Voor noodgevallen ben ik wel te storen, dus ik ben niet helemaal afwezig of onbereikbaar. Perfect opgelost, al zeg ik het zelf.
En wat is jouw ideale werkplek?