December 2019 besloot ik dat ik toch maar eens moest investeren in mijn schrijfwerk, dus sloot ik me voor 2020 aan bij de kleurrijke schrijfgroep. Dat betekent wekelijks een Webinar en maandelijks naar Soest voor een schrijfdag. Oplettende lezers zullen begrijpen dat die schrijfdag in Soest slechts twee keer heeft plaatsgevonden voor de eerst lockdown. Daarna gingen de schrijfdagen online. Dat scheelde een hoop reistijd en -geld, en zolang de verbinding goed is, werk een zoomsamenkomst heel prima.
Bijkomend voordeel voor mij is dat ik op mijn eigen werkplek kan werken. Thuis op de bank. (Of bij mijn vriendin thuis, daar is mijn werkplek door omstandigheden aan de keukentafel, maar daarover gaat het nu niet).
Wat mij vooral opviel, en misschien zelfs wel een beetje wel stoorde op die schrijfdagen, was namelijk de oorverdovende stilte. Kennelijk zit iedereen strak gefocust te tikken in verder doodse stilte. Als er iemand hoestte of iets liet vallen, klonk dat als een enorme breuk in die stilte, en moest dat gepaard gaan met excuses, zacht gesist of achteraf, op momenten dat er weer gepraat mocht worden. Ik koos strategisch positie achter in de zaal, dicht bij de deur. Zo kon ik naar de gang rennen als ik behoefte had aan rennen, of koffie. Ik had geen goede koptelefoon, anders had ik via mijn laptop wel mijn vrienden van radio twee in mijn oren toegelaten. Hoewel dat in een koptelefoon mij toch weer te veel afsluit van de wereld.
Misschien komt het omdat ik ben opgegroeid in een groot gezin, in een huis waar altijd reuring, geluid en gedoe was, of misschien heeft het iets te maken met mijn eigen gekte, maar in stilte kan ik me moeilijk concentreren.
Stilte
Vergis u niet: ik houd van stilte. De stilte van naar huis lopen in de nacht; de stilte van de vroege ochtend als ik naar mijn werk fiets; de stilte van rennen door het bos in het voorjaar. Alleen mijn eigen ademhaling, het zoemen van mijn fiets of mijn voetstappen in het zand of op de klinkers als ritmische begeleiding. Buiten heb ik nooit geluid bij me, ik wil die de stilte niet missen. Maar schrijven, werken, iets wat mijn concentratie nodig heeft, dat gaat beter met geluid. Muziek, of liever de radio, waar bekende en geliefde stemmen en muziek elkaar afwisselen. Terwijl ik dit schrijf zit ik op de bank met een dekentje over mijn benen, laptop op schoot, koffie en de hond naast me en op de tv tettert het journaal over de al dan net af te schaffen avondklok. Alle ‘regels’ van concentratie (rechtop zitten aan tafel, voeten op de grond, stilte, geen afleiding) lap ik aan mijn spreekwoordelijke laars. Omdat ik weet dat ik zo het beste werk. Eigenwijs? Misschien. Maar ook eigen wijs.
Nish Barnard is één van de kleurrijke schrijvers. Het boek van Nish verschijnt in oktober 2021 bij Droomvallei Uitgeverij.
Grappig dat het voor iedereen anders werkt. Ik kan wel op een terras of zo schrijven, maar liever werk ik in stilte.
Ik herken dat zo goed: ook ik moet reuring om me heen hebben om focus te krijgen. Net als jij, opgegroeid in een groot gezin waar we gezamenlijk aan de eettafel ons huiswerk maakten en/of speelden met altijd de radio aan. Zie mezelf weer zitten bij een repetitie, in gedachten Wake me up van Wham zingend, omdat dat werd gedraaid toen ik de alinea las waarin het antwoord te staat.